Inhoudsopgave
Arbitrage is een vorm van rechtspraak buiten de civiele rechter om. Arbitrage wordt vaker van toepassing verklaard in algemene voorwaarden of expliciet in een commerciële overeenkomst afgesproken. Dat kan bijvoorbeeld te maken hebben met een specifieke deskundigheid die nodig is bij het beslechten van een zakelijk geschil, maar ook treedt arbitrage steeds meer op de voorgrond in handelsrelaties tussen Europese en niet-Europese partijen. Achtergrond daarvan is een eventueel arbitraal vonnis – mocht er een geschil ontstaan en procedure volgen – veelal beter te ‘executeren’ valt en dus een betere verhaalspositie oplevert. Niet ieder land erkent een Nederlands vonnis namelijk als zodanig. Onze advocaten voor arbitrage in Amsterdam adviseren dit dan ook vaker. Arbitrale vonnissen kunnen ook vatbaar zijn voor herroeping of vernietiging als aan een aantal vereisten is voldaan. In deze blog wordt in dat verband ingezoomd op een uitspraak van de Hoge Raad over een vordering tot herroeping en vernietiging bij bedrog van een arbitraal vonnis.
Zakelijk geschil bij de Raad van Arbitrage
In een recente zaak die speelde tussen een onderaannemer (Elite) en een hoofdaannemer is een geschil ontstaan over de levering en montage van systeemplafonds. In deze commerciële overeenkomst is een arbitragebeding opgenomen, waarin de Raad van Arbitrage (RvA) bevoegd is verklaard over een eventueel geschil te oordelen. De RvA is deskundig, onafhankelijk en snel en helpt de betrokken partijen bij het zo vroeg mogelijk oplossen van conflicten die een succesvolle oplevering van een woning of bouwproject in de weg staan. Kortom, particuliere rechtspraak buiten de gewone rechter. Het zakelijk geschil bij de Raad van Arbitrage wordt overeenstemming met het RvA reglement in behandeling genomen.
Starten van een arbitrageprocedure voor het scheidsgerecht
Elite is op enig moment een procedure gestart bij de RvA (ook wel in algemene zin ‘het scheidsgerecht’ genoemd), met een vordering tot betaling van haar eindfactuur. Als tegeneis heeft de hoofdaannemer een vordering voor vertragingsschade ingesteld. Het arbitraal vonnis hield in dat Elite niet aansprakelijk was voor de geleden vertragingsschade, omdat Elite (kort gezegd) al het nodige had gedaan om tijdig te presteren. Er was een leverancier van Elite die feitelijk voor vertraging heeft gezorgd en deze partij was aangewezen door de hoofdaannemer. Tegen dit arbitrale vonnis heeft de hoofdaannemer hoger beroep ingesteld. In hoger beroep zijn deze grieven verworpen.
Herroeping en vernietiging wegens bedrog tijdens de arbitrage procedure?
In aansluiting op de voor de hoofdaannemer negatief uitgevallen procedure in hoger beroep heeft deze het scheidsgerecht (RvA) verzocht terug te komen op de door haar gewezen beslissing dat door elite al het nodige zou zijn gedaan. De RvA weigert echter hierop terug te komen en overweegt daartoe onder meer;
“De brief van 21 oktober 2010 werpt geen nieuw licht op het geschil zodanig dat daardoor een overweging voor heroverweging in aanmerking komt. Dat de leverancier in haar eigen brief meldt dat zij van mening is niet aansprakelijk te zijn voor vertraging, is op zich niet verrassend. Die eigen mededeling levert dan ook geen bewijs op van een feit, laat staan een nieuw feit. (…)
Arbiters hebben bij tussenvonnis overwogen dat uit de uitspraken van de leverancier tijdens die vergadering blijkt dat de leverancier organisatorische en productieproblemen had en zich niet aan de toegezegde levertijd van zes weken kon houden. Daarmee staat vast dat de leverancier vertraging heeft veroorzaakt. Enige vertraging aan de zijde van onderaanneemster heeft hoofdaanneemster daartegenover niet aannemelijk gemaakt. Uit het verslag van de vergadering blijkt met name niet dat de vertragingsoorzaken gelegen zijn in aan onderaanneemster te wijten oorzaken. Arbiters zien derhalve geen aanleiding terug te komen op hun overwegingen in het tussenvonnis.
(…) Ter zitting benadrukte hoofdaanneemster nog dat uit de brief van 21 oktober 2010 voor het eerst blijkt dat de leverancier niet verantwoordelijk is voor het inmeten en dat zij dat uitdrukkelijk van haar opdracht had uitgesloten. Arbiters zijn van oordeel dat daarin niets nieuws besloten ligt. (…) Voor zover hoofdaanneemster meende niet volledig op de hoogte te zijn van de inhoud van de contractuele relatie tussen onderaanneemster en de leverancier, had zij van de standaard uit kunnen gaan. De brief van 21 oktober 2010 meldt in dat opzicht niets bijzonders. (…) ”
Ook hiertegen wordt hoger beroep ingesteld. Bij arbitraal vonnis heeft het scheidsgerecht in hoger beroep overwogen dat het scheidsgerecht in eerste aanleg niet kon terugkomen van beslissingen waartegen in het eerdere hoger beroep niet was gegriefd of die in dat eerdere hoger beroep waren bekrachtigd. In aansluiting daarop heeft het scheidsgerecht overwogen dat ook als mocht blijken dat Elite feiten en stukken heeft achtergehouden, dat niet tot heroverweging van onherroepelijke bindende eindbeslissingen kan leiden. Volgens het scheidsgerecht rest dan slechts de mogelijkheid van een verzoek tot herroeping op de voet van art. 1068 (oud) Rv.
Wanneer kan een arbitraal vonnis worden herroepen?
De hoofdaannemer vordert in aansluiting hierop bij het gerechtshof herroeping, althans vernietiging van de arbitrale beslissingen in deze zaak. Gronden voor herroeping zijn bedrog, valse bescheiden en achtergehouden bescheiden. In deze zaak speelde mogelijkerwijs bedrog. Een herroeping van een arbitraal vonnis leidt tot vernietiging van het vonnis. Als er, nadat het arbitrale vonnis / beslissing is gewezen, naar buiten komt dat er sprake is geweest van bedrog, valse bescheiden of achtergehouden bescheiden dan kan de rechter, i.e. het hof, het vonnis op vordering van een partij herroepen. Volgens de wet leidt herroeping van een arbitraal vonnis vervolgens tot vernietiging ervan. De gevolgen van herroeping zijn dan ook gelijk aan die van vernietiging.
Wanneer kan de rechter een arbitraal vonnis vernietigen?
Een Nederlandse rechter kan een arbitraal vonnis op basis van de wet enkel vernietigen wanneer:
- een geldige overeenkomst tot arbitrage ontbreekt;
- het scheidsgerecht in strijd met de daarvoor geldende regels is samengesteld
- het scheidsgerecht zich niet aan zijn opdracht heeft gehouden;
- het arbitrale vonnis niet is ondertekend of is gemotiveerd;
- het arbitrale vonnis, of de wijze waarop dit tot stand kwam, in strijd met de openbare orde is (als bedoeld in art. 1065 lid 1, onder e, (oud) Rv).
Goed om te beseffen is dat de rechter die dit toetst niet een verkapt hoger beroep mag doorlopen. Er is dus een zekere terughoudendheid te betrachten bij het beoordelen van deze gronden. Wel wordt – omdat partijen de rechtstoegang tot de civiele rechter contractueel uitsluiten – wel een stevige toetsing op de contractuele afspraak tot arbitrage. In deze procedure bij het hof is thans gevorderd dat de arbitrale vonnissen / beslissingen gedeeltelijk worden herroepen op de voet van art. 1068 (oud) Rv, althans gedeeltelijk worden vernietigd op de voet van art. 1065 (oud) Rv.
Het gerechtshof oordeelt over de herroeping en vernietiging van het arbitrale vonnis
Het hof heeft de vordering tot herroeping afgewezen. In de visie van het hof was niet voldaan aan de eis dat het achterhouden van bepaalde documenten en feiten is ontdekt na afloop van de arbitrale procedure. In een overweging ten overvloede heeft het hof als onjuist betiteld het oordeel van het scheidsgerecht in hoger beroep dat ook als mocht blijken dat Elite stukken en feiten heeft achtergehouden, slechts de mogelijkheid van een verzoek tot herroeping openstaat. Het hof heeft zich met betrekking tot de vordering tot gedeeltelijke vernietiging onbevoegd verklaard en heeft de zaak in zoverre verwezen naar de rechtbank. De rechtbank heeft de vordering tot vernietiging afgewezen. Zij heeft geoordeeld dat daargelaten of, indien sprake is van bedrog, dit op zichzelf ertoe kan leiden dat de arbitrale vonnissen in strijd zijn met de openbare orde en dit een grond voor vernietiging oplevert, niet is komen vast te staan dat sprake is geweest van bedrog aan de zijde van Elite.
De hoofdaannemer stelt daar hoger beroep tegen in. Daarbij wordt aangevoerd dat de arbitrale vonnissen als gevolg van bedrog door Elite op onjuiste feiten zijn gebaseerd en daarom in strijd zijn met de openbare orde als bedoeld in art. 1065 lid 1, onder e, (oud) Rv. Het hof heeft in het bestreden arrest het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Het heeft overwogen dat het verwijt dat Elite bedrog heeft gepleegd – indien juist – grond voor herroeping oplevert. Dat daardoor de arbitrale vonnissen op onjuiste feiten zijn gebaseerd, raakt – als juist – op zichzelf niet de openbare orde en levert geen grond op voor vernietiging.
Wat zegt de Hoge Raad over de herroeping en vernietiging?
In cassatie wordt ingegaan aangevoerd dat het hof heeft miskend dat niet aan de vereisten voor herroeping op de voet van art. 1068 lid 1 (oud) Rv is voldaan omdat het bedrog al tijdens de arbitrale procedure is ontdekt. Voorts wordt betoogd dat het oordeel van het hof dat het niet de openbare orde raakt en dus geen grond voor vernietiging oplevert als de arbitrale vonnissen als gevolg van bedrog op onjuiste feiten zijn gebaseerd.
De Hoge Raad oordeelt als volgt:
“3.2.3 Herroeping op grond van bedrog is blijkens de tekst van art. 1068 lid 1 (oud) Rv alleen mogelijk als het bedrog na de arbitrale procedure is ontdekt. Uit de strekking van de bepaling volgt dat het erom gaat of het bedrog redelijkerwijs nog in de arbitrale procedure aan de orde had kunnen worden gesteld.
3.2.4 Als een arbitraal vonnis tot stand is gekomen onder invloed van bedrog, kan dat grond opleveren voor het oordeel dat het vonnis, of de wijze waarop het vonnis tot stand kwam, in strijd is met de openbare orde zoals bedoeld in art. 1065 lid 1, onder e, (oud) Rv. Een partij kan in een vernietigingsprocedure dus op deze grond vernietiging van een arbitraal vonnis vorderen.
Als bedrog tijdens een arbitrale procedure wordt ontdekt in een zodanig stadium dat dit redelijkerwijs nog aan de arbiters kan worden voorgelegd, geldt als uitgangspunt evenwel dat de partij die daarbij belang heeft het bedrog in de arbitrale procedure aan de orde moet stellen. Arbiters zijn in zodanig geval immers gehouden het beroep op bedrog op juistheid te onderzoeken, ook indien dat beroep wordt gedaan nadat al een tussenvonnis is gewezen. Dat geldt ook indien het gaat om beslissingen in een tussenvonnis waartegen eerder tussentijds arbitraal hoger beroep is ingesteld. Laat die partij dat na, dan kan het gestelde bedrog in beginsel niet alsnog in een vernietigingsprocedure aan de orde worden gesteld.
3.2.5 Indien een partij in een arbitrale procedure stelt dat zij na een tussenvonnis stukken in handen heeft gekregen die door toedoen van de wederpartij zijn achtergehouden en dat de inhoud daarvan op de beslissing van het scheidsgerecht van invloed zou zijn geweest, zal zij de bedoelde stukken in het geding moeten brengen. Als arbiters het beroep op bedrog na beoordeling van deze stukken hebben verworpen, kan niet na beëindiging van de arbitrale procedure op dezelfde grond vernietiging worden gevorderd. In dat geval kan immers niet meer worden gezegd dat de arbitrale beslissing onder invloed van het achterhouden van stukken tot stand is gekomen en kan op die grond van strijd met de openbare orde geen sprake zijn.”
Geen achterhouden van stukken in arbitrage aldus de Hoge Raad
De Hoge Raad overweegt dat bepaalde documenten en feiten wel degelijk in de procedure aan bod zijn gekomen en dat arbiters daarnaar gekeken hebben. Van achterhouden is dan geen sprake. De waardering van de stukken raakt voorts ook niet aan de openbare orde volgens de Hoge Raad. Er wordt ook niet anders tegen de kwestie aangekeken door de Hoge Raad doordat het scheidsgerecht in hoger beroep de desbetreffende beslissing van het scheidsgerecht in eerste aanleg niet in tweede instantie heeft beoordeeld, op de onjuiste processuele grond dat het scheidsgerecht in eerste aanleg niet kon terugkomen van beslissingen uit het tussenvonnis waartegen eerder tussentijds arbitraal hoger beroep was ingesteld.
Arbitrage advocaat
Wilt u advies inwinnen van een arbitrage advocaat over het thema “Herroeping en vernietiging arbitraal vonnis bij bedrog”? Een advocaat met ruime ervaring op het gebied van het procesrecht en arbitrage in het bijzonder? Neemt u dan contact op met Sander van Someren Gréve. Sander is als advocaat voor arbitrage en procesrecht aangesloten bij een specialisatievereniging voor contractenrecht en geniet een grondige expertise op het snijvlak van contractenrecht en procesrecht (litigation).