Ga naar de inhoud

Wat is een kort geding?

Wat betekent een kort geding? Volgens het procesrecht betekent een kort geding de mogelijkheid om bepaalde rechten en belangen in spoedeisende gevallen effectief te beschermen voordat de rechter in de hoofdzaak beslist. Als er inbreuk dreigt te worden gemaakt op uw rechten en belangen als gevolg van het gedrag van een andere partij, en het zeer waarschijnlijk is dat dit op korte termijn zal gebeuren, kan een kort geding voldoende bescherming bieden. In dergelijke spoedeisende gevallen zal een reguliere civiele procedure bij de rechter te lang duren en daarom niet geschikt zijn om spoedeisende belangen te beschermen. Onze advocaten in Amsterdam zijn gespecialiseerd en ervaren in het procesrecht en kunnen u vertegenwoordigen in een kort geding voor de Nederlandse rechter. In dit artikel informeren wij u over de mogelijkheid om een kort geding aan te spannen, voor welke zaken een kort geding nodig kan zijn en of geldvorderingen kunnen worden ingediend met behulp van een kort geding.

Welke zaken zijn geschikt voor een kort geding?

Voordat een kort geding bij de rechter wordt aangespannen, moet eerst worden beoordeeld of de zaak als zodanig geschikt is voor een kort geding en de procedure die daarbij hoort. Gezien de aard van de beslissing in kort geding – die voorlopig en dus niet definitief is – is het bijvoorbeeld niet mogelijk om ontbinding of vernietiging van een overeenkomst te vragen. In plaats daarvan moet worden gezocht naar een overgangsregeling. Een voorbeeld van een vordering die geschikt is voor een kort geding is het afdwingen van de naleving van een contractuele overeenkomst. Verder zijn ook verbodsacties typisch voor kort gedingen.

Ondernemers hebben vaak niet de tijd om lang in onzekerheid te verkeren, zeker niet als de inbreuk al dreigt. In dat opzicht en gezien hun snelle karakter kunnen procedures in kort geding soelaas bieden. Om de nakoming van de beslissing in kort geding door de wederpartij aan te moedigen, is het verstandig om de rechter te verzoeken een dwangsom op te leggen voor elke dag dat de wederpartij de beslissing van de rechter niet nakomt. Dergelijke dwangsommen kunnen niet worden opgelegd met betrekking tot geldvorderingen. Verder kan een kort geding ook worden gebruikt om conservatoire beslagen op te heffen, bijvoorbeeld als er beslag is gelegd op een bankrekening of andere bezittingen van jou. Andere voorbeelden zijn het achterwege laten van schadelijke publicaties, het innen van een geldvordering of het beëindigen van een bestaande onrechtmatige situatie.

Kort geding en geldvorderingen

Een geldvordering in kort geding moet aannemelijk worden gemaakt en dit vereiste geldt ook voor een voorschot vordering. omdat een beslissing in kort geding een voorlopig karakter heeft, zijn rechters zeer terughoudend met het toewijzen van geldvorderingen in kort geding. Om geldvorderingen toegewezen te krijgen, moet de eiser bewijzen dat het dringend is om het geld onmiddellijk te ontvangen. Dit proces vereist een afweging van de belangen van beide partijen. Omdat procedures voor voorlopige maatregelen kort zijn en minder beschermende procedureregels kennen, geldt er een strikte motiveringsplicht. Daarom is het belangrijk om advies in te winnen van een gespecialiseerde en ervaren advocaat.

Kort geding en het resitutierisico

Een voorzieningenrechter kan een vordering in kort geding uitvoerbaar bij voorraad verklaren. Een kort geding kan worden gevolgd door een reguliere bodemprocedure, maar benadrukt wordt dat dit optioneel is. Een bodemprocedure maakt een diepgaandere beoordeling van de zaak mogelijk en er is een groter aantal procedurele regels op van toepassing. Daarom duurt een hoofdprocedure over het algemeen (aanzienlijk) langer. Het inleiden van een bodemprocedure verandert niets aan de uitvoerbaarheid bij voorraad van een beslissing in kort geding. Dit kan echter bepaalde gevolgen hebben als de uitspraak na de hoofdprocedure afwijkt van de beslissing in kort geding. Als bijvoorbeeld een geldvordering in kort geding uitvoerbaar bij voorraad wordt verklaard en dit later onterecht blijkt te zijn, kan een gevolg zijn dat reeds gedane betalingen moeten worden terugbetaald. Een dergelijke terugbetalingsverplichting kan problematisch worden als bijvoorbeeld de schuldenaar (de eiser in kort geding) in de tussentijd insolvent is geworden. In dat geval staat de partij die de hoofdprocedure heeft gewonnen met lege handen.
Deze situatie wordt het restitutierisico genoemd, dat door de gedaagde in kort geding naar voren kan worden gebracht om te beargumenteren dat toewijzing van de geldvordering onterecht zou zijn. Als alternatief kan het restitutierisico worden vermeden door zakelijke zekerheid te stellen, zoals een bankgarantie.

Rechtsmiddelen: verhaal en andere vormen van beroep

Onze procesadvocaten bij MAAK Advocaten zijn gespecialiseerd in procesrecht en hebben ruime ervaring met verhaal en andere vormen van hoger beroep. Nadat een rechter uitspraak heeft gedaan, kan het zijn dat één van de partijen het niet eens is met de uitspraak of van mening is dat deze onjuist of zelfs onrechtmatig is. In zo’n geval is het – onder bepaalde voorwaarden – mogelijk om bezwaar of beroep aan te tekenen tegen zo’n uitspraak. Welk rechtsmiddel precies toelaatbaar is – dat wil zeggen: een vordering tot vernietiging van een vonnis, een vordering tot herstel / hoger beroep, of hoger beroep – hangt af van de aard van het bestreden vonnis.

In dit artikel informeren wij u over het recht op hoger beroep, wanneer een hoger beroep ontvankelijk is en welke termijnen in acht moeten worden genomen.

Wanneer kan een vonnis worden aangevochten?

Als een rechter een verstekvonnis heeft gewezen tegen een partij omdat deze niet is verschenen voor de procedure bij de rechtbank of in het geheel niet heeft gereageerd, is het mogelijk om verzet aan te tekenen tegen dit verstekvonnis. Het verzet bevat de redenen voor het hoger beroep. Bij het indienen van een verzetschrift wordt de wederpartij ook verzocht om opnieuw voor de rechter te verschijnen. Als het verzet tijdig en in de juiste vorm wordt ingediend, zal de rechtbank de zaak opnieuw behandelen. Bij het indienen van het bezwaarschrift kun je het beste advies inwinnen bij een advocaat die ook kan adviseren over rechten en plichten en het verzoekschrift tijdig bij de rechtbank kan indienen.

Termijn voor beroep tegen een beslissing in kort geding

In Nederland is de termijn voor het instellen van hoger beroep tegen een vonnis in kort geding relatief kort, namelijk vier weken nadat het vonnis door de deurwaarder aan partijen is betekend. Binnen deze termijn moet een advocaat niet alleen de eiser of schuldeiser verzoeken om opnieuw voor de rechter te verschijnen, maar ook een volledig en formeel bezwaar tegen de gevorderde vordering formuleren.

Als het bezwaar te laat wordt ingediend, kan de rechter er geen rekening meer mee houden, met als gevolg dat het niet meer mogelijk is om in beroep te gaan tegen de beslissing in kort geding. Een tijdig verzoekschrift is dus onontbeerlijk.

Advocaat gespecialiseerd in kort geding

Ons team van arbitrage advocaten in Amsterdam heeft een sterke reputatie in (internationale en nationale) procedures. Wilt u advies over het starten van een procedure, de vernietiging of tenuitvoerlegging van een vonnis, of wilt u meer weten over de beste clausule? Neem dan contact op met Remko Roosjen (Nederlandse advocaat gespecialiseerd in kort geding in Nederland) of een van onze andere advocaten in Amsterdam.

T: +31 (0)20 – 210 31 38
E: mail@maakadvocaten.nl
Contact: Remko Roosjen | Nederlands procesadvocaat

Remko Roosjen

Remko Roosjen