Teksten en artikelen genieten automatisch auteursrechtelijke bescherming vanaf het moment van creatie, zonder dat registratie of deponering noodzakelijk is. De bescherming geldt voor originele werken die het persoonlijk stempel van de maker dragen en resulteren uit creatieve menselijke arbeid, volgens artikel 1 Auteurswet.
Het auteursrecht op teksten vormt een complex rechtsgebied waarin ondernemers en contentmakers dagelijks mee te maken krijgen. In Nederland bepaalt de Auteurswet sinds 1912 wanneer tekstuele creaties juridische bescherming genieten. Deze bescherming ontstaat automatisch bij het vastleggen van een tekst, maar kent specifieke voorwaarden en uitzonderingen die cruciaal zijn voor zakelijk gebruik.
De economische betekenis van auteursrechtbescherming voor teksten is aanzienlijk. Uitgevers, journalisten en contentmakers genereren jaarlijks miljoenen euro’s aan inkomsten uit tekstuele werken. Tegelijkertijd leidt het digitale tijdperk tot 85% meer auteursrechtelijke geschillen over online content dan tien jaar geleden. Voor Nederlandse bedrijven betekent dit dat correcte omgang met auteursrecht essentieel is om juridische risico’s te vermijden.
Wat is auteursrecht op teksten precies?
Auteursrecht beschermt de maker van een tekst tegen ongeautoriseerd gebruik door derden. Volgens artikel 1 Auteurswet geldt: “Het auteursrecht is het uitsluitend recht van de maker van een werk van letterkunde, wetenschap of kunst, om dit openbaar te maken en te verveelvoudigen.” Deze definitie vormt de basis voor alle bescherming van tekstuele werken in Nederland.
De maker van een tekst verkrijgt automatisch het exclusieve recht om zijn werk openbaar te maken, te verveelvoudigen en te bewerken. Daarnaast kent het auteursrecht zogenaamde persoonlijkheidsrechten: het recht op naamsvermelding en het recht om verzet aan te tekenen tegen misvorming of verminking van het werk. Deze rechten blijven altijd bij de maker, zelfs wanneer exploitatierechten worden overgedragen aan een uitgever.
Bovendien beschermt het auteursrecht niet alleen complete werken maar ook substantiële delen daarvan. Een hoofdstuk uit een boek, meerdere alinea’s uit een artikel of een karakteristieke paragraaf kunnen afzonderlijke bescherming genieten. Kleine fragmenten van enkele zinnen vallen echter vaak buiten de beschermingsomvang, tenzij deze fragmenten bijzonder oorspronkelijk zijn.
Wanneer geniet uw tekst auteursrechtelijke bescherming?
Een tekst moet aan specifieke juridische criteria voldoen om auteursrechtelijk beschermd te zijn. De rechtspraak hanteert de zogenaamde werktoets: een tekst moet een eigen, oorspronkelijk karakter hebben en het persoonlijk stempel van de maker dragen. Deze maatstaf bepaalt of een schepping voldoende creatief is voor bescherming.
Het eigen oorspronkelijke karakter betekent dat de tekst niet ontleend mag zijn aan bestaande werken.
U kunt geen auteursrecht claimen op een tekst die grotendeels gekopieerd is van andere bronnen. Het persoonlijk stempel vereist dat het werk resulteert uit creatieve menselijke arbeid waarbij de maker bewuste keuzes heeft gemaakt in formulering, structuur en stijl.
Teksten die banaal, triviaal of louter functioneel zijn, genieten geen bescherming. Denk aan eenvoudige feitelijke mededelingen, standaardformuleringen of zeer korte berichten zonder creatieve elementen. De Hoge Raad bepaalde in meerdere uitspraken dat “alles wat zo banaal of triviaal is dat daarachter geen creatieve arbeid valt aan te wijzen” buiten de beschermingsomvang valt.
De werktoets wordt beoordeeld naar het moment waarop het werk tot stand kwam. Dit betekent dat latere ontwikkelingen of vergelijkbare werken niet relevant zijn voor de vraag of uw tekst oorspronkelijk was ten tijde van de creatie. Een artikel dat in 2020 origineel was, blijft beschermd ook al verschijnen er later vergelijkbare publicaties.
Statistisch gezien oordeelt de rechter in ongeveer 75% van de auteursrechtzaken dat tekstuele werken voldoende originaliteit bezitten voor bescherming. Toch blijven 25% van de claims afketsen op de werktoets, meestal omdat de teksten te generiek of te sterk gebaseerd zijn op feitelijke informatie zonder creatieve verwerking.
Welke teksten vallen niet onder auteursrechtbescherming?
Bepaalde categorieën teksten zijn expliciet uitgesloten van auteursrechtelijke bescherming. Artikel 11 Auteurswet bepaalt dat wetten, besluiten, verordeningen en rechterlijke uitspraken geen auteursrecht genieten. Deze uitsluiting dient het algemeen belang: iedereen moet vrij toegang hebben tot regelgeving en jurisprudentie.
Overheidspublicaties zoals gemeentelijke raadsverslagen, beleidsnota’s en veel andere officiële documenten vallen eveneens buiten de bescherming. Websites als Overheid.nl bieden uitgebreide collecties van deze vrij te gebruiken overheidsteksten. Let wel: rapporten van externe bureaus in opdracht van de overheid en educatief materiaal behouden vaak wel auteursrecht.
Teksten waarvan het auteursrecht is verlopen, behoren tot het publiek domein. In Nederland vervalt auteursrecht 70 jaar na het overlijden van de auteur volgens de Auteurswet. Klassieke literatuur van schrijvers als Multatuli of Couperus mag u daarom vrij gebruiken. Moderne vertalingen of bewerkingen van deze werken genieten echter opnieuw auteursrecht.
Ook puur feitelijke informatie zonder creatieve verwerking mist auteursrechtelijke bescherming. Eenvoudige lijsten met data, telefoonnummers of statistische gegevens vallen buiten de werktoets. Zodra u deze informatie echter creatief selecteert, structureert of presenteert, ontstaat mogelijk wel bescherming op de specifieke compilatie.
Nieuwsberichten van zuiver feitelijke aard zonder journalistieke verwerking genieten geen auteursrecht. Een melding dat een bedrijf failliet is gegaan met vermelding van datum en naam vormt geen beschermd werk. Zodra een journalist echter context toevoegt, analyses maakt of een persoonlijke invalshoek kiest, ontstaat auteursrechtelijke bescherming.
Wilt u zekerheid over de auteursrechtelijke status van specifieke teksten in uw bedrijf? Als gespecialiseerde auteursrecht-advocaat analyseer ik graag uw content en adviseer u over beschermingsmogelijkheden en juridische risico’s.
Hoe lang blijft uw tekst auteursrechtelijk beschermd?
Auteursrechtelijke bescherming op teksten duurt 70 jaar na het overlijden van de auteur. Deze termijn geldt voor natuurlijke personen en begint te lopen op 1 januari van het jaar volgend op het overlijden. Voor werken met meerdere auteurs eindigt de bescherming 70 jaar na het overlijden van de laatst overlevende maker.
Bij rechtspersonen als auteur, bijvoorbeeld wanneer een bedrijf formeel als maker geldt, loopt de beschermingstermijn 70 jaar vanaf de eerste rechtmatige openbaarmaking van het werk. Wanneer een tekst binnen 70 jaar na creatie niet openbaar is gemaakt, verloopt het auteursrecht 70 jaar na totstandkoming.
Deze lange beschermingsduur heeft aanzienlijke economische gevolgen. Een artikel geschreven door een auteur die in 2024 overlijdt, blijft beschermd tot 1 januari 2095. Erfgenamen of rechtsopvolgers kunnen gedurende deze periode financieel profiteren van het werk en bepalen hoe het gebruikt wordt.
Na het verstrijken van de beschermingstermijn komt het werk in het publiek domein. Vanaf dat moment mag iedereen de tekst vrij gebruiken, verveelvoudigen, bewerken en commercieel exploiteren zonder toestemming of vergoeding. Platforms zoals Project Gutenberg en de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren bieden toegang tot duizenden teksten in het publiek domein.
Binnen de Europese Unie zijn deze termijnen geharmoniseerd, waardoor in alle EU-landen dezelfde beschermingsduur geldt. Voor internationale geschillen over oudere werken moet u echter rekening houden met verschillende nationale implementaties en overgangsregels die golden bij invoering van de 70-jarentermijn.
Wat zijn uw rechten als tekstschrijver?
Als maker van een beschermde tekst bezit u exploitatierechten en persoonlijkheidsrechten. De exploitatierechten omvatten het verveelvoudigingsrecht, het recht van openbaarmaking en het bewerkingsrecht. Concreet betekent dit dat alleen u mag bepalen of en hoe uw tekst wordt gekopieerd, gepubliceerd of aangepast.
Het verveelvoudigingsrecht geeft u exclusieve controle over het maken van kopieën. Dit geldt zowel voor fysieke reproducties als digitale kopieën. Wanneer een bedrijf uw artikel wil afdrukken in een bedrijfsmagazine of op een website plaatsen, is uw toestemming vereist. Zonder licentie maakt dat bedrijf inbreuk op uw auteursrecht.
Daarnaast beschikt u over het recht van openbaarmaking: u bepaalt wanneer en waar uw werk voor het eerst publiekelijk toegankelijk wordt. Dit recht verliest u echter na de eerste rechtmatige openbaarmaking. Daarna regelt het volgrecht of mededeling aan het publiek hoe verdere publicaties verlopen.
Het bewerkingsrecht beschermt u tegen ongeautoriseerde aanpassingen van uw tekst. Vertalingen, herzieningen, samenvattingen of andere afgeleide werken vereisen uw toestemming. Zelfs kleine tekstuele wijzigingen kunnen inbreuk maken wanneer deze het karakter van uw werk aantasten.
Persoonlijkheidsrechten blijven altijd bij u, ook na overdracht van exploitatierechten. Het recht op naamsvermelding zorgt dat u altijd als auteur genoemd moet worden. Het recht op integriteit beschermt tegen misvorming, verminking of andere aantasting die uw eer of naam schaadt. Deze rechten zijn niet overdraagbaar en blijven gehandhaafd tot 70 jaar na uw overlijden.
In de praktijk levert het recht op naamsvermelding regelmatig geschillen op. Websites en sociale media delen vaak content zonder correcte bronvermelding. Juridisch gezien maakt dit inbreuk op uw auteursrecht, zelfs wanneer het gebruik anderszins vergund zou zijn. Een adequate bronvermelding bevat minimaal uw naam, de titel van het werk en de publicatiebron.
Welke uitzonderingen gelden op het auteursrecht?
De Auteurswet kent beperkingen op het auteursrecht die bepaalde vormen van gebruik toestaan zonder toestemming van de rechthebbende. De belangrijkste uitzondering voor zakelijk gebruik vormt het citaatrecht volgens artikel 15a Auteurswet. Dit recht staat toe korte fragmenten uit beschermde teksten over te nemen voor specifieke doeleinden.
Het citaatrecht vereist dat het citaat een functioneel doel dient zoals kritiek, polemiek of wetenschappelijke analyse. De omvang moet beperkt blijven tot wat noodzakelijk is voor dit doel. Volledig overnemen van artikelen of substantiële delen valt niet onder het citaatrecht. Daarnaast moet u altijd de bron en auteur duidelijk vermelden.
Voor onderzoek en onderwijs gelden aanvullende uitzonderingen. Onderzoeksorganisaties mogen auteursrechtelijk beschermde werken reproduceren voor tekst- en datamining, mits zij rechtmatig toegang hebben tot het werk. De reproductie moet worden opgeslagen met passende beveiliging en mag bewaard blijven voor wetenschappelijke doeleinden.
In onderwijscontexten mogen docenten kleine hoeveelheden materiaal gebruiken voor educatieve doeleinden. Deze uitzondering is beperkt tot gebruik binnen de onderwijsinstelling en mag niet leiden tot commerciële exploitatie. Voor het online beschikbaar stellen van lesmateriaal gelden strengere voorwaarden.
Het privékopiëren vormt een andere belangrijke uitzondering. Natuurlijke personen mogen voor strikt persoonlijk gebruik kopieën maken van teksten. Deze privékopieën zijn niet bedoeld om te delen of verspreiden onder collega’s of zakelijke contacten. Voor software geldt deze uitzondering niet, tenzij de maker dat expliciet toestaat.
Bij parodieën en karikaturen mag u elementen uit beschermde werken overnemen zonder toestemming, mits de parodie herkenbaar verschilt van het origineel en geen verwarring wekt over de auteur. Deze uitzondering beschermt de vrijheid van meningsuiting en artistieke expressie.
Hoe verhoudt auteursrecht zich tot werkgeverschap?
Wanneer u als werknemer teksten schrijft, rijst de vraag wie eigenaar is van het auteursrecht. In beginsel blijft de individuele maker rechthebbende, ook bij teksten die tijdens dienstverband ontstaan. De Auteurswet kent geen automatische overgang van auteursrechten naar de werkgever zoals in sommige andere landen.
De Universiteit van Amsterdam past echter het principe toe dat de werkgever het auteursrecht bezit op onderzoeksresultaten en publicaties van onderzoekers en promovendi in dienst. Dit geldt tenzij het auteursrecht schriftelijk is overgedragen aan de werknemer of een derde zoals een uitgever. Voor proefschriften ligt dit anders: daar behoudt de promovendus het auteursrecht.
In de zakelijke praktijk regelen arbeidsovereenkomsten vaak de overdracht van auteursrechten. Veel contracten bevatten clausules waarbij de werknemer zijn exploitatierechten overdraagt aan de werkgever voor teksten die binnen het dienstverband ontstaan. Dergelijke bepalingen zijn rechtsgeldig, mits voldoende specifiek geformuleerd.
Het Auteurscontractenrecht, ingevoerd in 2015, beschermt makers tegen onredelijke contractvoorwaarden. Wanneer een werkgever onevenredig profiteert van overgedragen rechten terwijl de maker te weinig vergoeding ontvangt, kan de maker rechtsbescherming inroepen. De rechter mag contractuele afspraken aanpassen of ontbinden bij kennelijke onredelijkheid.
Voor freelancers en zelfstandigen geldt dat zij standaard eigenaar blijven van hun auteursrechten. Opdrachtgevers verkrijgen enkel een gebruiksrecht wanneer dit expliciet is overeengekomen. Zonder schriftelijke overdracht blijft de freelance tekstschrijver bevoegd om zijn werk meerdere keren te exploiteren.
Bij onderhandelingen over auteursrechten in arbeidsrelaties adviseren wij om niet alle rechten volledig over te dragen. U kunt bijvoorbeeld alleen het gebruiksrecht in licentie geven voor specifieke toepassingen. Voor verspreiding op andere platformen of hergebruik in andere publicaties blijft dan toestemming van de maker noodzakelijk.
Hoe beschermt u teksten op websites en sociale media?
Online content geniet dezelfde auteursrechtelijke bescherming als fysieke publicaties. Teksten op websites, blogs, sociale media en andere digitale platforms vallen onder de Auteurswet. De digitale omgeving creëert echter specifieke uitdagingen voor handhaving van auteursrechten.
Het maken van screenshots van auteursrechtelijk beschermde content is juridisch problematisch. Hoewel velen denken dat openbaar toegankelijke online content vrijelijk gebruikt mag worden, geldt deze veronderstelling niet. Ook gratis toegankelijke artikelen, blogposts en sociale media berichten blijven beschermd. “Het staat openbaar online” vormt geen rechtvaardiging voor gebruik zonder toestemming.
Sinds juni 2021 gelden aangescherpte regels voor grote online platforms binnen de EU. Platforms zoals Facebook, Twitter en YouTube worden nu verantwoordelijk gehouden voor auteursrechtelijk beschermde content die gebruikers uploaden. Deze platforms moeten foto’s en video’s vooraf controleren op inbreuk maken op auteursrecht.
Voor bedrijven betekent dit dat zij extra alert moeten zijn bij gebruik van online content. Media monitoring organisaties die artikelen leveren aan zakelijke klanten, moeten licenties hebben van uitgevers. Uit de praktijk blijkt dat licenties niet altijd correct geregeld zijn, vooral voor online content. Sommige organisaties betalen alleen voor printartikelen maar geven online content gratis door.
Uitgevers treden steeds actiever op tegen ongeoorloofd gebruik van digitale content. In 75% van de gevallen waarbij uitgevers inbreukprocedures starten, behalen zij een schikking of vonnis. De boetes voor auteursrechtinbreuk kunnen aanzienlijk oplopen, met bedragen variërend van enkele duizenden tot tientallen duizenden euro’s per zaak.
Wat is de bewijslast bij auteursrechtgeschillen?
In juridische procedures over auteursrecht rust op de eiser de stelplicht volgens artikel 150 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Dit betekent dat de partij die zich beroept op auteursrechtelijke bescherming moet stellen én bewijzen dat haar werk voldoet aan de werktoets.
De eiser dient per element dat wordt geclaimd aannemelijk te maken dat het werk een eigen oorspronkelijk karakter heeft en het persoonlijk stempel van de maker draagt. Meer specifiek moet worden geconcretiseerd waarom het werk resulteert uit scheppende menselijke arbeid en creatieve keuzes. Algemene stellingen zoals “mijn website is beschermd” volstaan niet.
Daarnaast moet de eiser aantonen dat de gedaagde inbreuk maakt door verveelvoudiging of openbaarmaking. Dit vereist dat de totaalindrukken van beide werken te weinig verschillen voor het oordeel dat het werk van de gedaagde als zelfstandig werk kan worden aangemerkt. Louter enkele voorbeelden ter illustratie overleggen is onvoldoende voor het leveren van dit bewijs.
Wanneer de eiser voldoet aan deze bewijslast, treedt een omkering op. De rechtspraak hanteert namelijk het vermoeden dat de gedaagde heeft ontleend wanneer zijn werk in zodanige mate de auteursrechtelijk beschermde trekken vertoont dat de totaalindrukken te weinig verschillen. In dat geval moet de gedaagde bewijzen dat hij niet heeft ontleend aan het werk van de eiser.
Dit tegenbewijsmiddel is in de praktijk zeer moeilijk te leveren. De gedaagde moet aantonen dat hij zijn werk onafhankelijk heeft gecreëerd zonder kennis van het werk van de eiser. Tenzij overtuigend bewijs voorhanden is van eigen creatieproces, faalt dit verweer meestal.
Een recente rechtszaak tussen twee bedrijven die tuinartikelen online verkopen, illustreert deze bewijslast. De eiser stelde dat zijn website auteursrechtelijk beschermd was en dat de gedaagde inbreuk maakte. De rechter oordeelde echter dat onvoldoende geconcretiseerd was welke specifieke elementen beschermd waren en waarom deze het persoonlijk stempel droegen.
Neem gerust contact op met mij op voor juridisch advies over auteursrechtbescherming van uw teksten en online content. Als specialist in het auteursrecht help ik u graag bij het onderbouwen van uw rechten en het voorkomen van kostbare juridische procedures.
Hoe voorkomt u inbreuk op andermans auteursrecht?
Bedrijven lopen aanzienlijke risico’s wanneer zij onzorgvuldig omgaan met auteursrechtelijk beschermde teksten. Inbreuk op auteursrecht valt onder het strafrecht en kan leiden tot boetes vanaf € 8.200 of gevangenisstraf tot zes maanden. Bij recidive verdubbelen deze straffen volgens het Wetboek van Strafrecht.
Civielrechtelijk kunnen rechthebbenden schadevergoeding vorderen die bestaat uit gederfde winst en reputatieschade. Daarnaast kan de rechter een verbod opleggen om inbreukmakende content te gebruiken of te publiceren, vaak versterkt met een dwangsom vanaf € 1.000 per overtreding. In 2023 bedroeg de gemiddelde schadevergoeding in auteursrechtzaken € 15.000.
Voorkom auteursrechtelijke problemen door altijd bronvermelding te geven bij gebruik van andermans teksten. Controleer of u voldoet aan de voorwaarden van het citaatrecht: functioneel doel, beperkte omvang en duidelijke bronvermelding. Voor commercieel gebruik zijn deze uitzonderingen vrijwel nooit van toepassing.
Vraag schriftelijke toestemming bij gebruik van substantiële tekstfragmenten. Een licentieovereenkomst beschrijft welke rechten u verkrijgt, voor welke periode en tegen welke vergoeding. Let op: een licentie is vaak beperkt tot eenmalig gebruik. Voor hergebruik in andere publicaties of op andere platforms is aanvullende toestemming nodig.
Bij twijfel over de rechtmatigheid van tekstgebruik kunt u gebruik maken van content met Creative Commons licenties. Deze open licenties bieden verschillende gradaties van gebruiksrechten. CC0 staat volledig vrij gebruik toe, terwijl CC-BY naamsvermelding vereist. CC-BY-NC sluit commercieel gebruik uit maar staat niet-commercieel delen en bewerken toe.
Bewaar altijd bewijs van verkregen toestemming of licenties. Bij een geschil moet u kunnen aantonen dat u rechtmatig gebruik maakt van beschermde content. E-mailcorrespondentie met de rechthebbende, getekende overeenkomsten of screenshots van licentievoorwaarden dienen als bewijsmateriaal.
Voor media monitoring en content aggregatie zijn specifieke licenties noodzakelijk van uitgevers. Organisaties als ArtikelPro bemiddelen tussen media monitoring bedrijven en uitgeverijen zoals DPG Media en Mediahuis. Deze bemiddeling zorgt dat eindgebruikers legaal gebruikmaken van online en offline content.
Welke rol spelen Creative Commons licenties?
Creative Commons licenties bieden een flexibel alternatief voor traditioneel auteursrecht. Deze gestandaardiseerde licenties stellen makers in staat hun werk te delen onder vooraf gedefinieerde voorwaarden. In Nederland gebruiken steeds meer contentmakers CC-licenties om hun werk toegankelijk te maken voor breder publiek.
De meest open licentie, CC0, plaatst werk feitelijk in het publiek domein. Makers die deze licentie gebruiken, doen expliciet afstand van hun auteursrecht en staan elk gebruik toe zonder beperkingen. Voor zakelijk gebruik biedt dit maximale flexibiliteit zonder juridische verplichtingen.
CC-BY vereist uitsluitend naamsvermelding van de maker. U mag het werk gebruiken, bewerken en commercieel exploiteren, zolang u de auteur correct vermeldt. Deze licentie combineert openheid met erkenning voor de maker. Ongeveer 60% van alle CC-gelicenseerde content gebruikt de BY-voorwaarde.
Voor niet-commercieel gebruik bestaat CC-BY-NC. Deze licentie staat delen en bewerken toe maar sluit commerciële exploitatie uit. Bedrijven die content willen gebruiken voor winstgevende activiteiten, moeten aanvullende toestemming verkrijgen. De interpretatie van “commercieel gebruik” levert regelmatig discussie op.
CC-BY-SA bevat een share-alike clausule: bewerkingen moeten onder dezelfde licentie worden gedeeld. Dit copyleft-principe zorgt dat afgeleide werken dezelfde openheid behouden. Wikipedia gebruikt deze licentie om vrije kennisdeling te waarborgen.
Bij gebruik van CC-gelicenseerde teksten blijft correcte naamsvermelding essentieel. Vermeld de naam van de auteur, de titel van het werk, de bron en de specifieke CC-licentie. Platforms zoals Wikimedia Commons, Flickr en academische repositories bieden miljoenen teksten en afbeeldingen met CC-licenties.
Hoe gaat u om met auteursrecht in de B2B-context?
Voor zakelijke tekstproductie spelen auteursrechtelijke afspraken een cruciale rol bij samenwerking tussen opdrachtgevers en tekstschrijvers. Zonder expliciete contractuele regeling blijft de maker eigenaar van het auteursrecht. Opdrachtgevers verkrijgen dan slechts een impliciet gebruiksrecht voor het overeengekomen doel.
In de praktijk regelen serviceovereenkomsten vaak dat exploitatierechten overgaan naar de opdrachtgever. Deze overdracht moet schriftelijk en specifiek worden vastgelegd. Algemene formuleringen zoals “alle rechten gaan over” zijn onvoldoende. De overeenkomst moet aangeven welke rechten (verveelvoudiging, openbaarmaking, bewerking) voor welke doeleinden worden overgedragen.
Het Auteurscontractenrecht beschermt makers tegen onevenredige contractvoorwaarden. Wanneer een opdrachtgever disproportioneel profiteert terwijl de maker structureel te weinig vergoeding ontvangt, kan de rechter ingrijpen. In 2022 pasten Nederlandse rechters in 40% van de beroepen op dit wetsartikel contracten aan ten gunste van makers.
Voor B2B-contentmarketing adviseren juristen om territoriaal begrensde licenties af te spreken. Een tekstschrijver geeft bijvoorbeeld toestemming voor gebruik in Nederland maar behoudt rechten voor internationale exploitatie. Dit creëert mogelijkheden voor aanvullende inkomsten bij uitbreiding naar andere markten.
Bedrijven die regelmatig teksten laten schrijven, kunnen raamovereenkomsten sluiten met vooraf vastgestelde auteursrechtelijke voorwaarden. Dit voorkomt herhaalde onderhandelingen per opdracht en creëert duidelijkheid voor beide partijen. Dergelijke overeenkomsten specificeren vergoedingsstructuren en gebruiksrechten.
Bij internationale B2B-relaties compliceren verschillende auteursrechtstelsels de zaak. Hoewel de Berner Conventie basisprincipes harmoniseert, bestaan aanzienlijke verschillen tussen nationale wetgevingen. Amerikaanse work-for-hire doctrine wijkt bijvoorbeeld fundamenteel af van het Nederlandse systeem waarbij makers standaard rechthebbenden blijven.
Voor complexe B2B-projecten met substantiële contentproductie adviseren wij professioneel juridisch advies. Onze gespecialiseerde advocaten in Amsterdam structureren duurzame samenwerkingsrelaties waarbij auteursrechten correct worden verdeeld en alle partijen adequaat worden beschermd.




