Meteen naar de inhoud

Herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid

Herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid

Op 28 september 2022 heeft de Europese Commissie haar langverwachte ontwerp voor een nieuwe Europese richtlijn inzake productaansprakelijkheid en artificiële intelligentie gepresenteerd. Dit voorstel voor een herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid zal (na inwerkingtreding) in de plaats treden van de huidige richtlijn, die de strikte productaansprakelijkheid in Europa harmoniseert, dateert van 1985 en is daarom reeds 37 jaar oud. Het ontwerp voor nieuwe aansprakelijkheidsregels voor producten bevat uitdagingen en veranderingen voor de marktpartijen. Als het in zijn huidige vorm na verdere bespreking in de Raad en het Parlement in werking treedt, zullen marktpartijen zich moeten voorbereiden op een massale aanscherping van de productaansprakelijkheid in Europa. Tegelijkertijd zal de productaansprakelijkheid zich in de toekomst ook uitstrekken tot marktpartijen voor wie deze kwestie tot dusver geen rol heeft gespeeld. Onze advocaat productaansprakelijkheid Martin Krüger gaat in op de nieuwe regels van de Europese Commissie.

Herziening richtlijn Productaansprakelijkheid: aanscherping voor fabrikanten en importeurs

Het voorstel voor een herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid kent aanscherpingen voor fabrikanten en importeurs. De Europese productaansprakelijkheid zal niet meer alleen gelden voor roerende zaken en elektriciteit, maar uitdrukkelijk ook voor digitale productiebestanden en software. De term software omvat ook systemen voor kunstmatige intelligentie (AI). De discussie over de vraag of software onder de term “roerende zaak” kan worden geschaard is daarmee overbodig.

Gebrekkig product onder de Richtlijn productaansprakelijkheid

De definitie van een gebrekkig product onder productaansprakelijkheid zal waarschijnlijk niet veranderen. Een product is gebrekkig indien het niet voldoet aan de gerechtvaardigde veiligheidsverwachtingen van een gemiddelde consument. In de toekomst moet in dit verband echter uitdrukkelijk rekening worden gehouden met nieuwe aspecten zoals de cyberveiligheidseisen van het product. Dit wordt spannend, want deze eisen beginnen zich nog maar net te ontwikkelen.

Geen franchise en aansprakelijkheidslimiet meer

Het voorstel voor een herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid kent geen franchise en aansprakelijkheidslimiet meer. De voorheen geldende franchises (EUR 500 voor materiële schade) en maximale aansprakelijkheidslimieten (EUR 85 miljoen voor lichamelijk letsel) komen te vervallen zonder vervanging.

Aanpassing van het systeem productaansprakelijkheid aan de wetgeving inzake productveiligheid

Een belangrijke ontwikkeling bij voorstel voor een herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid, is de aanpassing van het systeem productaansprakelijkheid aan de wetgeving inzake productveiligheid. Alle relevante terminologie van de nieuwe Richtlijn productaansprakelijkheid zal worden aangepast aan de huidige Europese wetgeving inzake productveiligheid en dus aan het zogenaamde nieuwe wetgevingskader (NWK). De voortdurende en veel te late afstemming van de productaansprakelijkheid op de Europese wetgeving inzake productveiligheid loopt als een rode draad door de hele ontwerp-richtlijn en de talrijke praktische gevolgen daarvan: In de toekomst zal bijvoorbeeld iedereen die een product “ingrijpend wijzigt” in de zin van de wetgeving inzake productveiligheid op dezelfde manier aansprakelijk zijn als een fabrikant, afhankelijk van de schuld.

Verruiming van de uitgangspunten voor productaansprakelijkheid

In het voorstel voor een herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid is een verruiming van de uitgangspunten voor productaansprakelijkheid opgenomen. In de toekomst zal het op de markt brengen van een product niet langer het enige beslissende uitgangspunt voor productaansprakelijkheid zijn. In de toekomst kan een fabrikant ook aansprakelijk zijn als hij zijn product kan blijven controleren nadat het in de handel is gebracht (bijvoorbeeld door passende updates van de veiligheidssoftware).

Nieuwe aansprakelijke partijen onder productaansprakelijkheid

In het voorstel voor een herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid zijn daarnaast ook nieuwe partijen opgenomen die onder productaansprakelijkheid aansprakelijk kunnen zijn. Naast de fabrikant, de quasi-fabrikant en de importeur kunnen in de toekomst ook de gemachtigde van de fabrikant in de zin van de wetgeving inzake productveiligheid en de dienstverlener op het gebied van fulfilment net als de fabrikant aansprakelijk zijn voor productgebreken. Dit is een van de grootste verrassingen van het ontwerp, omdat het betekent dat de marktpartijen zich zullen moeten voorbereiden op massale productaansprakelijkheidsrisico’s, die voorheen noch direct noch indirect met een dergelijke aansprakelijkheid werden geconfronteerd. Of het model van de krachtens de wetgeving inzake productveiligheid ingestelde gemachtigde tegen deze achtergrond een toekomst heeft, moet worden afgewacht maar is twijfelachtig.

Lagere bewijsdrempel voor productaansprakelijkheid

De voorheen bekende vergemakkelijking van de bewijsvoering voor benadeelden zal aanzienlijk worden uitgebreid en een (nog) lagere bewijsdrempel voor productaansprakelijkheid worden geïntroduceerd. Het vereiste causale verband tussen productgebrek enerzijds en schade anderzijds wordt voortaan ten gunste van de gelaedeerde verondersteld indien de schade is veroorzaakt door een “kennelijk gebrekkig functioneren van het product bij normaal gebruik”. In de toekomst zal de gelaedeerde dus niet meer veel hoeven te bewijzen als hij na een ongeval in verband met het gebruik van een product schadeclaims tegen de fabrikant wil indienen.

Beperking van de mogelijkheden tot uitsluiting aansprakelijkheid

In het voorstel voor een herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid is ook een beperking van de mogelijkheden tot uitsluiting aansprakelijkheid doorgevoerd. Ook de voorheen geldende uitsluitingen van aansprakelijkheid ten gunste van marktdeelnemers, die toch al niet talrijk waren, zullen daardoor verder worden beperkt. Gebrek aan kennis / herkenbaarheid van het gebrek aan het product toen het in de handel werd gebracht, zal de fabrikant in de toekomst bijvoorbeeld niet langer vrijwaren indien het gebrek had kunnen worden verholpen door een update van de veiligheidssoftware. Dat heeft niet alleen consequenties voor de aansprakelijkheid in de tech-industrie indien deze na een paar jaar stopt met beveiligingsupdates voor “oudere producten”.

Gedwongen inzage bij bedrijven in beschikbaar bewijs

Het opnemen van de mogelijkheid tot gedwongen inzage bij bedrijven in beschikbaar bewijs onder claims op basis van productaansprakelijkheid in het ontwerp voorstel voor een herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid is een grote verrassing. In de toekomst kunnen bedrijven namelijk worden gedwongen bewijsmateriaal in hun bezit te overhandigen (bv. ontwerpdocumenten, gedocumenteerde bevindingen van productmonitoring) dat de eiser nodig heeft om zijn vorderingen te staven. Doen zij dat niet of onvolledig, dan kunnen zij de zaak verliezen omdat de gebrekkigheid van het product dan wettelijk wordt vermoed. Een dergelijke “openbaarmaking van documenten” kennen we voornamelijk uit het Anglo-Amerikaanse model in procedures.

Handhaving van productaansprakelijkheid door collectieve acties

De handhaving van de richtlijn productaansprakelijkheid zal ook een extra dimensie krijgen door de uitvoering van de EU-richtlijn inzake collectieve acties. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid een representatieve collectieve actie in te stellen voor compensatie, reparatie of prijsvermindering. Consumenten en kleine bedrijven kunnen zich bij deze rechtszaken aansluiten (opt-in). De handhaving van productaansprakelijkheid door collectieve acties zullen onze specialisten Product Compliance en Litigation bij MAAK Advocaten nauwlettend in de gaten houden.

Brengt het ontwerp van de Richtlijn productaansprakelijkheid ook verlichting voor de industrie?

Het ontwerp van de Richtlijn productaansprakelijkheid bevat geen verlichting voor de industrie. Voor de getroffen marktpartijen zijn er namelijk geen verzachtende omstandigheden opgenomen. De huidige ontwerp-richtlijn houdt een aanscherping en uitbreiding van de productaansprakelijkheidsregeling in, waaraan de industrie zich op korte termijn in het kader van haar risicobeheer zal moeten aanpassen. Het ontwerp voorziet namelijk in een zeer korte uitvoeringsperiode voor de lidstaten van 12 maanden vanaf de inwerkingtreding.

Zal de nieuwe richtlijn inzake AI-aansprakelijkheid leiden tot een verdere aanscherping van de productaansprakelijkheid?

Een interessante vraag die onze specialisten van MAAK Advocaten hebben bekeken is of de nieuwe Richtlijn inzake AI-aansprakelijkheid leidt tot een verdere aanscherping van de productaansprakelijkheid. Het ontwerp van een nieuwe richtlijn inzake AI-aansprakelijkheid, dat eveneens op 28 september 22 is gepubliceerd, heeft echter geen gevolgen voor de aansprakelijkheid uit hoofde van de richtlijn inzake productaansprakelijkheid. De verregaande openbaarmakingsverplichtingen voor bewijsmateriaal en de vergemakkelijking van bewijsvoering ten gunste van potentiële eisers die schade ondervinden van AI-systemen waarin de richtlijn inzake aansprakelijkheid voor AI voorziet, kunnen niet worden gecombineerd met de voorrechten van de Richtlijn inzake productaansprakelijkheid. De Europese wetgever heeft de AI-aansprakelijkheidsprivileges bewust in een aparte richtlijn ondergebracht en beperkt tot het instellen van niet-contractuele schuldvorderingen. In deze context – d.w.z. bijvoorbeeld in het kader van aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad naar Nederlands recht – treden de bepalingen van de richtlijn AI-aansprakelijkheid echter ten volle in werking ten nadele van de betrokken marktdeelnemers.

Advocaat gespecialiseerd in productaansprakelijkheid en artificiële intelligentie

Wilt u advies inwinnen over het voorstel voor een herziening van de richtlijn productaansprakelijkheid van de Europese Commissie? Meer weten welke partij u kunt aanspreken bij een gesprek? Of meer in formatie over de toepasselijke wet- en regelgeving? Neemt u dan contact op met Martin Krüger, een ervaren advocaat gespecialiseerd in productregelgeving en artificiële intelligentie.

+31 (0)20 – 210 31 38
martin.kruger@maakadvocaten.nl

Martin Krüger

Martin Krüger

Martin Krüger is als advocaat / partner verbonden aan MAAK Advocaten. Martin focust zich op handelsrecht en productregelgeving (CE-markering). Voor bedrijven stelt Martin overeenkomsten op, adviseert hij over toepasselijke regelgeving en procedeert hij bij geschillen voor de civiele rechter.