Meteen naar de inhoud

Voorlopig getuigenverhoor

Wanneer bewijs door getuigen bij de wet is toegelaten, beveelt de rechter een getuigenverhoor zo vaak een van de partijen het verzoekt en de door haar te bewijzen aangeboden feiten betwist zijn en tot de beslissing van de zaak kunnen leiden. Dit is met zoveel woorden in artikel 166 Rv omschreven. De rechter kan dit ook ambtshalve doen. In deze bijdrage gaan we in op het voorlopige getuigenverhoor.

Bewijs door getuigen

In onze blogreeks over bewijs in civiele procedures komt vandaag aan bod: het voorlopig getuigenverhoor, oftewel het vergaren van bewijs door getuigen.. Procederen kan kostbaar zijn, het kost veel tijd en de uitkomst is nooit helemaal zeker. Het is daarom voor partijen vaak moeilijk te beslissen of zij een civiele procedure willen starten, helemaal wanneer een partij niet helemaal zeker is of zij nu eigenlijk écht zo sterk staan. Het voorlopig getuigenverhoor biedt hier een oplossing. Door het voorlopig getuigenverhoor kan voorafgaand aan de voorgenomen procedure (meer) duidelijkheid ontstaan over het slagen van de vordering. Ook kan er tijdens een lopende procedure bewijs worden verzameld over feiten en omstandigheden waar tot op heden geen toereikend bewijs voor is, of bewijs dat nog een beetje op losse schroeven staat. Kortom, bewijs door getuigen kan een interessant instrument zijn voor het verbeteren van uw (bewijs)positie.

Artikel 186 Rv bepaalt dat in de gevallen waarin bij de wet het bewijs door getuigen is toegelaten, kan, voordat een zaak aanhangig is, op verzoek van de belanghebbende onverwijld een voorlopig getuigenverhoor worden bevolen. Tijdens een reeds aanhangig geding kan de rechter op verzoek van een partij een voorlopig getuigenverhoor bevelen.

Hoe werkt een voorlopig getuigenverhoor?


Het voorlopig getuigenverhoor is geregeld in artikel 186 e.v. Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. De wetgever heeft bepaald dat het voorlopig getuigenverhoor aanvangt met een verzoekschrift van de partij die het getuigenverhoor wenst. In dit verzoekschrift dient te worden opgenomen: (i) de aard en het beloop van de vordering, (ii) wat de verzoeker met het voorlopig getuigenverhoor wil bewijzen en (iii) welke getuigen de verzoeker wil horen. Het is van belang dat het verzoekschrift alle vereisten bevat die de wet aan toewijzing verbindt. Er dienen daarom voldoende concrete feiten en omstandigheden te worden gesteld, en er dient duidelijk gemaakt te worden waarom de te horen getuigen mogelijk kunnen verklaren over deze feiten en omstandigheden. Het verzoekschrift dient te worden ingediend bij de rechter die waarschijnlijk bevoegd zal zijn om over de zaak, indien deze ook daadwerkelijk wordt ingesteld, te oordelen.


Voorlopig getuigenverhoor

Afwijzing van het verzoek om een voorlopig getuigenverhoor

In beginsel worden geen hoge eisen gesteld aan toewijzing van het verzoek tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor. Het uitgangspunt is dan ook dat een verzoek in beginsel wordt toegewezen tenzij er een zwaarwegende grond is dit niet te doen. Toch is er een aantal redenen waardoor het getuigenverhoor kan worden afgewezen. Deze redenen zien op:

  1. Misbruik van bevoegdheid;
  2. Strijd met de goede procesorde;
  3. Een ander zwaarwichtig bezwaar;
  4. Onvoldoende belang

Daarbij mag geen sprake zijn van de fishing expedition.

fishing expedition

Er is geen vaste definitie van het begrip fishing expedition, hoewel de term al wel duidelijkheid lijkt te scheppen. De mogelijkheid voor het instellen van een voorlopig getuigenverhoor strekt niet om te vissen naar informatie waarop helemaal geen recht bestaat. Indien er geen rechtstreeks verband bestaat tussen feiten waarover de getuigen zou moeten worden gehoord en de vordering van de verzoeker, en de verzoeker informatie zoekt die nog niet bekend is, is sprake van een fishing expedition. De verzoeker heeft dan oneigenlijke bedoeling en probeert op hoop van zege informatie te vinden die in haar voordeel uit kan pakken. De rechter zal bij toetsing van het verzoek bekijken of inderdaad sprake is van een fishing expedition.

De zitting bij een voorlopig getuigenverhoor

Na toewijzing van het verzoek voorlopig getuigenverhoor zal de rechtbank een zitting bepalen. De te horen getuigen worden per brief opgeroepen en zijn verplicht te verschijnen en te verklaren. Voordat de getuige een verklaring aflegt dient de eed of de belofte afgelegd te worden, zodat de getuige onder ede staat. Dit betekent dat de getuige de waarheid moet spreken over datgene hij verklaart. Doet de getuige dit niet, maakt hij zich schuldig aan meineed en is daarmee strafbaar.

De verklaring wordt schriftelijk vastgelegd in een proces-verbaal. Dit proces-verbaal wordt, na volharding, ondertekend door de getuige en aan beide partijen toegezonden.

Na afronding van het voorlopig getuigenverhoor mag de wederpartij de getuigen vragen stellen, de zogeheten contra-enquête.

Het verschoningsrecht bij een voorlopig getuigenverhoor

Er is een aantal gevallen waarbij een opgeroepen getuige mag zwijgen, het zogeheten verschoningsrecht. Hierbij dient gedacht te worden aan personen met een beroepsgeheim, maar ook aan familieleden van een der partijen. Ook mag een getuige zich op het verschoningsrecht beroepen indien door het afleggen van de getuigenis strafbare feiten worden erkend waarvoor zij of een familielid vervolgd kan worden.

Niet verschijnen na oproepen als getuige bij een voorlopig getuigenverhoor

De getuige die wordt opgeroepen is verplicht te verschijnen. Indien de getuige zonder geldige reden niet verschijnt, of wel verschijnt, maar zonder geldige reden geen verklaring aflegt leidt dit tot problemen, nu dit niet is toegestaan. De rechtbank is zelfs bevoegd over te gaan tot gijzeling, waarbij een getuige naar een huis van bewaring zal worden gebracht.

Het is belangrijk dat de getuigen op de juiste wijze worden opgeroepen. Verschijnt de getuige niet, zal de rechter in de meeste gevallen vragen naar de wijze van oproeping. Het is dan ook gebruikelijk en verstandig om de (belangrijkste) getuige(n) per aangetekende brief op te roepen, zodat hier geen misverstand over kan ontstaan.

Het instellen van de procedure bij de rechter

Na het voorlopig horen van getuigen kan een weloverwogen beslissing worden gemaakt over de kansen van een (bodem)procedure. Nu meer duidelijkheid is verkregen over de feiten en omstandigheden en er mogelijk bewijs voor is verkregen kan de rechtspositie stukken beter worden ingeschat. Natuurlijk geeft dit nog geen 100% garantie dat de procedure ook daadwerkelijk gewonnen zal worden, maar het geeft een vorm van zekerheid.

Advocaat inschakelen bij een voorlopig getuigenverhoor

MAAK Advocaten in Amsterdam is onder andere gespecialiseerd in het burgerlijk procesrecht. Wilt u advies inwinnen over het inschakelen van een procesrecht specialist bij een voorlopig getuigenverhoor, of bent u opgeroepen als getuige? Wij brengen graag uw juridische positie in beeld om u vervolgens van een praktisch advies te voorzien en/of u bij te staan in een gerechtelijke procedure. Neem gerust contact op met onze advocaat procesrecht of met een van onze andere advocaten in Amsterdam.

T:  +31 (0)20 – 210 31 38
E: mail@maakadvocaten.nl 

Nederlands procesrecht

Meer weten over het Nederlandse procesrecht, lees dan ook onze andere informatieve blogs over procederen in Nederland:

Deel I:              Bewijslast

Deel II:            Voorlopig getuigenverhoor

Deel III:           Voorlopig deskundigenbericht

Deel IV:           Exhibitieplicht

Deel V:            Bewijsbeslag

Remko Roosjen

Remko Roosjen

Als partner van MAAK en advocaat commercial law geeft Remko leiding aan aan het team Commerciële Geschillen en Contractenrecht. Remko is een gespecialiseerde advocaat contractenrecht en heeft een ruime ervaring in het voeren van procedures, waaronder voor de civiele rechter, in arbitrage en mediation. Remko is verbonden aan de specialisatievereniging voor Distributie, Franchise en Agentuur en doceert regelmatig over het snijvlak van commerciële contracten en productregelgeving. Lees meer over Remko op zijn persoonlijk profiel of op LinkedIn .