Email  |   +31 20 – 210 31 38  |    DE    |    EN

Contractenrecht

blokje-maak-1-1.png

Wat zijn onvoorziene omstandigheden?

Inhoudsopgave

Onvoorziene omstandigheden zijn gewijzigde situaties die bij het sluiten van een overeenkomst niet bestonden en door partijen niet konden worden voorzien. Deze omstandigheden moeten zodanig ingrijpend zijn dat nakoming van het contract naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet langer van de wederpartij mag worden verwacht volgens artikel 6:258 Burgerlijk Wetboek.

Het Nederlandse contractenrecht kent een stevige uitgangspositie: afspraken zijn bindend. Dit principe, juridisch aangeduid als pacta sunt servanda, betekent dat contractuele verplichtingen gerespecteerd moeten worden. Echter, wanneer zich tijdens de looptijd van een overeenkomst zodanig extreme wijzigingen voordoen dat vasthouden aan de oorspronkelijke afspraken onredelijk wordt, biedt artikel 6:258 BW een uitzondering.

Wanneer spreken juristen van onvoorziene omstandigheden?

De Rechtbank Noord-Holland formuleerde recent dat het moet gaan om omstandigheden die zich voordoen na totstandkoming van het contract. Bovendien mogen partijen deze ontwikkelingen bij het aangaan van de overeenkomst niet hebben verdisconteerd. De uitleg van wat ‘voorzien’ was hangt sterk af van de specifieke omstandigheden en de formulering van het contract.

Schuldeisers en schuldenaren kunnen beiden een beroep doen op deze regeling. Daarom biedt deze wettelijke bepaling meer flexibiliteit dan andere juridische instrumenten zoals opschorting of ontbinding. De rechter krijgt ruimte om de overeenkomst aan te passen in plaats van direct over te gaan tot volledige ontbinding, hetgeen voor beide contractspartijen voordelig kan zijn.

Welke voorwaarden moet u vervullen?

Artikel 6:258 BW stelt drie cumulatieve eisen:

  1. Gewijzigde omstandigheden: De situatie moet anders zijn dan bij contractsluiting
  2. Geen voorzienbare ontwikkeling: Partijen konden redelijkerwijs geen rekening houden met deze wijziging
  3. Onredelijke instandhouding: Vasthouden aan het contract druist in tegen redelijkheid en billijkheid

Cruciale nuance: Rechters treden terughoudend op. De Hoge Raad benadrukte in 1998 al dat contractsvrijheid en partijautonomie vooropstaan. Een overeenkomst moet worden nageleefd, ook wanneer dit nadelig uitpakt voor één van de contractspartijen. Alleen in uitzonderlijke gevallen grijpt de rechter in.

Hoe ziet de juridische praktijk eruit?

Kredietcrisis en prijsstijgingen: geen succesvol beroep

De rechtspraak toonde jarenlang grote terughoudendheid. Tijdens de kredietcrisis in 2008 wezen rechters systematisch beroepen op onvoorziene omstandigheden af. De Rechtbank ‘s-Hertogenbosch oordeelde destijds dat zelfs een prijsstijging van 400% voor elektriciteit tot het normale ondernemersrisico behoorde. Schommelingen op grondstoffenmarkten, hoe heftig ook, golden als inherent aan zakelijke transacties.

Vergelijkbaar oordeelde de Rechtbank Den Haag dat prijsfluctuaties op de grondstoffenmarkt een algemeen bekend gegeven zijn. Het Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch sloot zich hierbij aan door te stellen dat de energiemarkt naar haar aard onvoorspelbaar is. Deze constante lijn in de jurisprudentie betekende dat ondernemers gedurende decennia nauwelijks een succesvol beroep konden doen op artikel 6:258 BW.

Wilt u zekerheid over uw juridische positie bij extreme prijsstijgingen of marktschommelingen? Onze gespecialiseerde advocaten in Amsterdam analyseren uw situatie en adviseren over de beste strategie binnen het Nederlandse contractenrecht.

Coronapandemie: keerpunt in rechtspraak

De COVID-19-pandemie markeerde een duidelijke breuk. Rechters erkenden al snel dat wereldwijde lockdowns en overheidsmaatregelen kwalificeerden als onvoorziene omstandigheden. In 75% van de coronagerelateerde gevallen die bij rechtbanken belandden, kregen partijen gehoor. Vooral huurders van winkelpanden die door verplichte sluiting hun deuren niet konden openen, verwierven aanspraak op huurprijsvermindering.

De Hoge Raad bevestigde eind 2021 deze lijn: overheidsmaatregelen als gevolg van de coronacrisis gelden als onvoorziene omstandigheden, althans voor contracten gesloten vóór maart 2020. Deze uitspraak schept duidelijkheid maar benadrukt tevens het tijdselement: na de eerste lockdown golden deze ontwikkelingen niet langer als ‘onvoorzien’.

Wat betekent de oorlog in Oekraïne voor contracten?

Recente rechtspraak toont verschuiving

Sinds begin 2022 ontstond opnieuw discussie over de grenzen van onvoorziene omstandigheden. De oorlog in Oekraïne, torenhoge inflatie, de energiecrisis en wereldwijde prijsstijgingen dwongen rechters tot heroverweging. Meerdere uitspraken van lagere rechters wijzen op een mogelijke koerswijziging.

Belangrijke ontwikkelingen per sector:

  • Bouwsector: De Raad van Arbitrage in Bouwgeschillen oordeelde op 25 augustus 2022 dat prijsstijgingen door de oorlog in Oekraïne kwalificeren als onvoorziene omstandigheden. Een aannemer kreeg aanpassing van de aannemingsovereenkomst toegewezen, ondanks dat de UAV 2012 normaal gesproken kostenverhogende omstandigheden regelt.
  • Energieleveranciers: De Rechtbank Rotterdam erkende op 13 oktober 2022 dat explosief gestegen gasprijzen – ruim een vertienvoudiging binnen één jaar – als onvoorziene omstandigheid kunnen gelden. Levering onder dezelfde voorwaarden zou zware verliezen betekenen die het verdisconteerde prijsrisico te boven gaan.
  • Gemeentelijke contracten: De Rechtbank Noord-Holland stelde op 16 december 2022 vast dat gevolgen van de COVID-pandemie én de oorlog in Oekraïne samen ontegenzeggelijk onvoorziene omstandigheden vormen, met name door explosief gestegen kosten voor bouwmaterialen en energie.

Welke factoren wegen rechters mee?

Voorzieningenrechters leggen steeds drie elementen op de weegschaal:

  1. Omvang prijsstijging: Percentages tussen 300% en 1000% binnen twaalf maanden
  2. Oorzaak ontwikkeling: Externe schokken zoals geopolitieke crises of pandemieën
  3. Financiële impact: Dreigende verliezen die het normale ondernemersrisico overstijgen

Bijvoorbeeld: een onderneming in Amsterdam sloot in december 2018 een raamovereenkomst voor levering van bouwmaterialen tegen vaste prijzen. Door de oorlog in Oekraïne stegen de grondstofprijzen begin 2022 met 450%. De rechter oordeelde dat excessieve kostenstijgingen gelijkmatig over beide partijen verdeeld moesten worden totdat in een bodemprocedure definitief uitsluitsel komt.

Kan uw bedrijf zich beroepen op deze regeling?

Drempel blijft hoog ondanks recente uitspraken

Hoewel enkele lagere rechters recent toegeeflijker lijken, blijft de juridische lat hoog liggen. De Hoge Raad heeft nog geen definitief oordeel geveld over de huidige geopolitieke ontwikkelingen. Daarom bestaat onzekerheid of deze uitspraken in hoger beroep standhouden.

Essentiële beperkingen:

  • Artikel 6:258 lid 2 BW sluit het beroep uit wanneer omstandigheden volgens verkeersopvattingen voor rekening van de schuldenaar komen
  • Algemene ondernemersrisico’s zoals marktfluctuaties vallen hier normaal onder
  • Slechte bedrijfsresultaten rechtvaardigen doorgaans geen contractwijziging

De Rechtbank Rotterdam illustreerde dit dilemma: een technisch directeur claimde op basis van een contractueel afvloeiingsbeding € 365.000. De werkgever voerde de crisis in de bouwwereld én zijn slechte financiële positie aan als onvoorziene omstandigheden. De rechter kende slechts € 40.000 toe – gelijk aan het sociaal plan. Juridisch blijft deze uitspraak omstreden omdat slechte marktontwikkelingen juist typische ondernemersrisico’s zijn.

Hoe beperkt u risico’s in nieuwe contracten?

Voorzieningen treffen: essentieel vanaf 2023

Voor overeenkomsten gesloten na de eerste coronagolf en zeker na februari 2022 geldt een nieuwe realiteit. De huidige geopolitieke ontwikkelingen zijn inmiddels algemeen bekend. Rechters zullen daarom bij nieuwe contracten nog terughoudender zijn met het honoreren van een beroep op onvoorziene omstandigheden.

Praktische contractclausules die helpen:

  • Prijsindexeringsclausules: Koppel prijzen aan CBS-indexcijfers of specifieke grondstofprijzen
  • Hardshipclausules: Definieer concrete drempelwaarden (bijvoorbeeld 25% prijsstijging binnen zes maanden)
  • Heronderhandelingsplicht: Leg vast dat partijen bij extreme ontwikkelingen te goeder trouw overleggen
  • Gefaseerde betalingen: Verdeel grote projecten in deelleveringen met prijsaanpassingsmomenten

Belangrijke kanttekening: u kunt artikel 6:258 BW niet contractueel uitsluiten. Deze wettelijke bepaling is van dwingend recht. Wel voorkomt u dat bepaalde scenario’s als ‘onvoorzien’ gelden door ze expliciet in het contract op te nemen.

Neem contact op met ons advocatenkantoor in Amsterdam voor persoonlijk juridisch advies over uw specifieke contractuele situatie. Wij helpen u met het opstellen van robuuste overeenkomsten die rekening houden met de huidige economische volatiliteit.

Wat zijn de procedurele aspecten?

Vordering bij de rechter: stappenplan

Een partij die zich beroept op onvoorziene omstandigheden moet actief naar de rechter stappen. De procedure verloopt als volgt:

  1. Verzoekschrift indienen: Bij de bevoegde rechtbank, meestal de rechtbank van de woonplaats van gedaagde
  2. Onderbouwen wijziging: Aannemelijk maken dat omstandigheden onvoorzien waren én extreem zijn
  3. Alternatieven presenteren: Rechters prefereren aanpassing boven volledige ontbinding
  4. Griffierecht betalen: Vanaf € 127 voor particulieren, hoger voor rechtspersonen

De rechter kan drie beslissingen nemen:

  • Wijziging: Aanpassing van specifieke contractvoorwaarden (bijvoorbeeld prijzen, termijnen)
  • Gedeeltelijke ontbinding: Bepaalde verplichtingen vervallen
  • Volledige ontbinding: Het contract eindigt met mogelijke terugwerkende kracht

Voorzieningenrechters hanteren in kortgedingprocedures vaak een voorlopige regeling. In 85% van deze gevallen volgt nog een bodemprocedure waarin definitief uitsluitsel komt.

Welke rol speelt redelijkheid en billijkheid?

Algemene beginselen beheersen overeenkomst

Artikel 6:248 BW bepaalt dat redelijkheid en billijkheid de verhouding tussen schuldeiser en schuldenaar beheersen. De regeling van onvoorziene omstandigheden vormt een specifieke uitwerking van dit algemene beginsel. Echter, niet elke onvoorziene situatie rechtvaardigt contractwijziging.

Rechters toetsen aan drie criteria:

  1. Evenwichtsverstoring: Zijn prestatie en tegenprestatie nog in balans?
  2. Doelbereikbaarheid: Blijft het oorspronkelijke contractdoel haalbaar?
  3. Extremiteit: Is nakoming buitengewoon nadelig geworden?

Een werknemer die een royale bonusregeling heeft afgesproken kan zich niet beroepen op onvoorziene omstandigheden wanneer zijn werkgever wordt overgenomen door een concern dat deze regeling wil wijzigen. De Rechtbank Rotterdam oordeelde dat dergelijke bedrijfsmatige ontwikkelingen voor rekening van de werkgever komen.

Hoe verhouden onvoorziene omstandigheden zich tot overmacht?

Onderscheid tussen twee juridische instrumenten

Hoewel beide begrippen extreme situaties betreffen, verschillen ze wezenlijk:

Overmacht (artikel 6:75 BW):

  • Tekortkoming niet toerekenbaar aan schuldenaar
  • Bevrijdt van schadevergoedingsplicht
  • Kan tijdelijk of permanent zijn
  • Hoeft niet ‘onvoorzien’ te zijn

Onvoorziene omstandigheden (artikel 6:258 BW):

  • Omstandigheden lagen bij contractsluiting in de toekomst
  • Leidt tot contractaanpassing of ontbinding
  • Vereist rechterlijk ingrijpen
  • Beperkt beroep op overmacht soms

Belangrijk voordeel van artikel 6:258 BW: de rechter krijgt ruimte voor maatwerk. Bij een geslaagd beroep op overmacht vervalt de verplichting volledig, wat vaak niet in het belang van beide partijen is. Contractaanpassing biedt meer flexibiliteit.

Wat verwachten advocaten voor de toekomst?

Juridische onzekerheid blijft voorlopig bestaan

De recente uitspraken van lagere rechters creëren een spannende juridische situatie. Voorheen gold dat prijsstijgingen en economische crises tot het ondernemersrisico behoren. Nu erkennen sommige rechters dat extreme geopolitieke ontwikkelingen deze grens overschrijden.

Kritische kanttekeningen:

  • Alle toegewijzingen kwamen van voorzieningenrechters in kortgeding, niet van bodemprocedures
  • De Hoge Raad moet nog uitsluitsel geven over de huidige situatie
  • Tegenstrijdigheid met eerdere rechtspraak over kredietcrisis blijft onverklaard
  • Internationaal zijn ontwikkelingen bekend sinds begin 2022

Voor contracten gesloten ná februari 2022 geldt vrijwel zeker dat geopolitieke spanningen, inflatie en energieprijzen niet langer als ‘onvoorzien’ kwalificeren. Partijen hadden destijds al informatie over deze risico’s en konden daar rekening mee houden.

Aanbevelingen voor ondernemers in Nederland

  1. Documenteer zorgvuldig: Leg vast welke informatie u had bij contractsluiting
  2. Handhaaf communicatie: Overleg tijdig met uw wederpartij bij problemen
  3. Zoek juridisch advies: Laat uw positie analyseren voordat u procedures start
  4. Heronderhandel proactief: Vaak leidt gezamenlijk overleg tot betere resultaten dan juridische procedures

De gemiddelde procedure over onvoorziene omstandigheden duurt tussen de zes en twaalf maanden. Griffierechten, advocaatkosten en procesrisico’s maken dit tot een kostbare route. In 60% van de gevallen komen partijen tijdens de procedure alsnog tot een minnelijke regeling.

Advocaten gespecialiseerd in contractenrecht

Onze advocaten in Amsterdam beschikken over uitgebreide expertise in Nederlands contractenrecht en hebben expertise bij onvoorziene omstandigheden.

Heeft u een juridische vraag, dan kunnen onze advocaten in Amsterdam u van dienst zijn. Uw belang staat bij ons te allen tijde voorop en we zoeken graag naar praktische oplossingen en snel resultaat. Neem contact op met onze specialist contractenrecht in Amsterdam en ontdek uw mogelijkheden. Wanneer u juridisch advies wilt inwinnen, dan biedt ons kantoor daartoe mogelijkheden. Wij zijn in heel Nederland actief en bieden ook support bij internationale vraagstukken. We hebben een sterk team van advocaten met als specialisatie contractenrecht. Onze advocaat commercial law Remko Roosjen geeft leiding aan dit team. Bent u op zoek naar andere praktijkgebieden, dan kunnen onze advocaten in Amsterdam u mogelijk ook ondersteunen of aan een geschikte partner doorverwijzen.

+31 (0)20 – 210 31 38
mail@maakadvocaten.nl

De informatie op deze pagina vormt geen juridisch advies. Er wordt geen aansprakelijkheid geaccepteerd. Voor advies, neem contact op met ons kantoor.

Nieuws & Artikelen

Waar bent u naar op zoek?