Bij een vennootschap onder firma zijn alle vennoten hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden van de onderneming, ongeacht wie de verplichting is aangegaan. Deze aansprakelijkheid strekt zich uit tot het volledige privévermogen van elke vennoot, zoals vastgelegd in artikel 18 van het Wetboek van Koophandel. Onze advocaat gespecialiseerd in VOF-overeenkomsten gaat in op de voornaamste aspecten.
Schuldeisers van een vof kunnen zich verhalen op zowel het vermogen van de vennootschap als op het privévermogen van individuele vennoten. Daarbij geldt een belangrijke regel: schuldeisers hoeven niet eerst het bedrijfsvermogen aan te spreken voordat zij een vennoot persoonlijk aanspreken. In de praktijk betekent dit dat een schuldeiser van € 50.000 dit volledige bedrag bij één vennoot kan claimen, ook als er meerdere vennoten zijn en deze vennoot de schuld niet persoonlijk heeft veroorzaakt.
De hoofdelijke aansprakelijkheid vormt het grootste juridische risico bij een vof. Namelijk, elke vennoot staat in voor alle verplichtingen van de vennootschap, niet slechts voor een evenredig deel. Bovendien kan deze aansprakelijkheid ook de partner van een vennoot treffen wanneer deze in gemeenschap van goederen is getrouwd.
Hoe werkt de aansprakelijkheid bij een vennootschap onder firma?
De aansprakelijkheid van vennoten omvat alle schulden die voortvloeien uit handelingen namens de vof, ongeacht de aard van de verplichting. Dit geldt voor contractuele schulden, maar eveneens voor aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad of wanprestatie.
Een vof is geen rechtspersoon volgens Nederlands recht. Daarom kunnen de vennoten slechts namens de vennootschap handelen, terwijl zij persoonlijk gebonden zijn aan de rechtshandelingen. Deze constructie leidt tot vergaande consequenties: wanneer één vennoot een leverancier niet betaalt, kan deze leverancier verhaal halen bij alle andere vennoten.
Het afgescheiden vermogen van de vof speelt hierbij een bijzondere rol. Hoewel de vennootschap een eigen vermogen kent dat ontstaat door inbreng van de vennoten, blijft dit vermogen beschikbaar voor schuldeisers van de onderneming. Echter, privéschuldeisers van individuele vennoten kunnen zich niet verhalen op dit vennootschapsvermogen. Daarentegen kunnen zakelijke schuldeisers wel beide vermogensbestanddelen aanspreken.
Bijvoorbeeld: Een vennoot uit Rotterdam bestelt namens de vof machines ter waarde van € 75.000. De leverancier levert deze machines, maar de vof kan door liquiditeitsproblemen niet betalen. De leverancier mag vervolgens elke vennoot persoonlijk aanspreken voor het volledige bedrag, zelfs wanneer andere vennoten deze aankoop niet kenden of goedkeurden.
Welke aansprakelijkheid geldt voor uitgetreden vennoten?
Een uitgetreden vennoot blijft aansprakelijk voor schulden die zijn ontstaan vóór zijn uittreden, maar niet voor verzwaringen van deze verplichtingen na zijn vertrek. Deze aansprakelijkheid eindigt pas formeel wanneer het uittreden is ingeschreven in het Handelsregister én alle schuldeisers hiervan op de hoogte zijn gesteld.
De rechtspraak hanteert een strenge lijn ten aanzien van uittredende vennoten. Zolang de uitschrijving bij de Kamer van Koophandel niet heeft plaatsgevonden, blijft de vennoot volledig hoofdelijk aansprakelijk voor nieuwe schulden. Tevens moeten schuldeisers individueel geïnformeerd worden over het uittreden, bij voorkeur schriftelijk met een ontvangstbevestiging.
Vervolgens kan een uitgetreden vennoot voor bestaande schulden aangesproken blijven gedurende jaren na zijn vertrek. De verjaringstermijn voor de meeste vorderingen bedraagt vijf jaar volgens artikel 3:306 BW, waardoor een voormalige vennoot langdurig kwetsbaar blijft voor claims uit het verleden.
Daarom adviseren juridische experts om bij uittreding nadrukkelijk afspraken te maken over vrijwaring. Hoewel interne afspraken tussen vennoten onderling de aansprakelijkheid niet wegnemen tegenover derden, kunnen zij wel bescherming bieden wanneer de uitgetreden vennoot moet betalen. Hij kan namelijk verhaal halen bij zijn voormalige medevennoten op basis van deze interne afspraken.
Wat is de aansprakelijkheid van nieuwe vennoten voor oude schulden?
Een toetredende vennoot wordt automatisch hoofdelijk aansprakelijk voor alle bestaande schulden van de vof, inclusief verplichtingen die zijn aangegaan vóór zijn toetreding. Deze aansprakelijkheid geldt onvoorwaardelijk, tenzij er sprake is van onvoorzienbare en ingrijpende negatieve financiële gevolgen.
Deze regel beschermt schuldeisers, maar vormt een aanzienlijk risico voor nieuwe vennoten. In de praktijk betekent dit dat iemand die toetreedt tot een bestaande vof met € 100.000 aan openstaande schulden, direct persoonlijk aansprakelijk wordt voor dit volledige bedrag. Dit geldt zelfs wanneer de nieuwe vennoot hiervan niet op de hoogte was bij zijn toetreding.
De Nederlandse rechtspraak heeft echter een beperkte uitzondering geformuleerd. Uitsluitend wanneer aangetoond kan worden dat de gevolgen onvoorzienbaar, ingrijpend en negatief zijn, kan een rechter de aansprakelijkheid matigen. Deze uitzondering wordt zelden toegepast en vereist zwaarwegende argumenten.
Potentiële vennoten moeten daarom grondig due diligence verrichten voordat zij toetreden. Dit omvat minimaal:
- Inzage in de complete financiële administratie van de afgelopen drie jaar
- Verificatie van alle openstaande verplichtingen en lopende procedures
- Controle van belastingschulden bij de Belastingdienst
- Inventarisatie van eventuele garanties of borgtochten
- Beoordeling van lopende contracten met leveranciers
Desondanks kan een nieuwe vennoot nooit absolute zekerheid verkrijgen over verborgen schulden die later opdoemen.
Hoe beïnvloedt huwelijkse gemeenschap de aansprakelijkheid?
Wanneer een vennoot in gemeenschap van goederen is gehuwd of een geregistreerd partnerschap heeft, wordt ook de partner automatisch aansprakelijk voor schulden van de vof. Dit risico kan uitsluitend worden beperkt door huwelijkse voorwaarden of partnerschapsvoorwaarden die correct zijn geregistreerd.
Het Nederlands huwelijksvermogensrecht maakt geen onderscheid tussen zakelijke en privéschulden binnen een huwelijkse gemeenschap. Hierdoor kan de niet-ondernemer partner volledig aansprakelijk worden gesteld voor vof-schulden. In 75% van de faillissementen waarbij een vennoot betrokken is, wordt ook het vermogen van de partner aangesproken.
Huwelijkse voorwaarden bieden bescherming, maar deze moet voldoen aan strikte eisen. Ten eerste moet de akte door een notaris zijn opgesteld en ingeschreven in het Huwelijksgoederenregister. Bovendien moeten schuldeisers toegang hebben tot deze informatie voordat zij een overeenkomst sluiten. Tevens kan een rechter bij faillissement huwelijkse voorwaarden terzijde stellen wanneer blijkt dat deze zijn gebruikt voor frauduleuze vermogensoverheveling.
Ondernemers die vóór 1 januari 2018 een bedrijf startten en daarna in beperkte gemeenschap van goederen trouwden, genieten automatische bescherming. Het bedrijf valt dan buiten de gemeenschap. Echter, wie tijdens een bestaand huwelijk in beperkte gemeenschap een vof start, biedt zijn partner geen bescherming: het bedrijf valt alsnog in de gemeenschap.
Wilt u zekerheid over uw juridische positie als vennoot? Onze gespecialiseerde advocaten in Amsterdam analyseren uw situatie en adviseren over de beste beschermingsstrategie voor u en uw partner.
Welke mogelijkheden bestaan er voor regres tussen vennoten?
Het regresrecht biedt een vennoot die een schuld volledig heeft voldaan de mogelijkheid om verhaal te halen bij zijn medevennoten voor hun aandeel in de verplichting. Dit recht ontstaat pas op het moment dat de volledige vordering is betaald aan de schuldeiser.
Wanneer één vennoot bijvoorbeeld een schuld van € 60.000 betaalt terwijl er drie vennoten zijn, kan hij vervolgens elk van zijn medevennoten aanspreken voor € 20.000. Deze onderlinge verrekening voorkomt dat één vennoot onevenredig zwaar wordt belast door de hoofdelijke aansprakelijkheid.
Echter, het regresrecht kent belangrijke beperkingen in de praktijk. Namelijk, de betalende vennoot kan alleen verhaal halen bij vennoten die over voldoende vermogen beschikken. Wanneer medevennoten inmiddels failliet zijn of geen verhaalbaar vermogen hebben, blijft de betalende vennoot met de volledige last zitten.
Daarnaast ontstaat het regresrecht pas na volledige betaling. Bij betalingsregelingen of gedeeltelijke aflossingen kan de vennoot nog geen beroep doen op zijn regresrecht. Dit kan leiden tot cashflowproblemen wanneer een vennoot jarenlang maandelijks betalingen verricht zonder compensatie van zijn medevennoten.
De interne verdeling tussen vennoten volgt standaard het winstverdelingspercentage zoals vastgelegd in de vennootschapsovereenkomst. Ontbreekt deze bepaling, dan geldt een gelijke verdeling conform artikel 7A:1677 BW. Vennoten kunnen echter afwijkende afspraken maken over de interne risicoverdeling.
Kan de aansprakelijkheid in een vof worden beperkt?
De aansprakelijkheid van vennoten tegenover schuldeisers kan niet volledig worden uitgesloten, maar wel worden beperkt door sterke contractuele afspraken in algemene voorwaarden en door interne regelingen tussen vennoten. Externe vrijwaring vereist echter altijd medewerking van schuldeisers.
Algemene voorwaarden kunnen de aansprakelijkheid materieel beperken, bijvoorbeeld door aansprakelijkheid te koppelen aan verzekeringsdekking of door maximumbedragen vast te stellen. Deze beperkingen zijn echter uitsluitend geldig tegenover zakelijke relaties. Consumenten genieten bescherming onder het consumentenrecht, waardoor aansprakelijkheidsbeperkingen vaak onredelijk bezwarend zijn en daarom nietig.
Interne vrijwaringsafspraken tussen vennoten bieden additionele bescherming. Vennoten kunnen onderling overeenkomen dat bepaalde risico’s slechts één vennoot betreffen. Bijvoorbeeld, wanneer één vennoot specifieke projecten uitvoert, kan worden afgesproken dat hij andere vennoten vrijwaart voor claims hieruit voortvloeiend. Deze afspraken hebben echter geen externe werking: schuldeisers kunnen nog steeds elke vennoot aanspreken.
Externe vrijwaring vereist medewerking van de schuldeiser zelf. Dit gebeurt bij uittreding van een vennoot: de schuldeiser kan worden verzocht om de uittredende vennoot uit zijn verplichtingen te ontslaan. In de praktijk verlenen schuldeisers deze medewerking zelden, tenzij een nieuwe vennoot toetreedt die voldoende solvabel is.
Verzekeringen vormen een praktische risicomitigatie. Beroepsaansprakelijkheidsverzekeringen dekken vaak tot € 2,5 miljoen per gebeurtenis. Echter, verzekeraars sluiten opzettelijke tekortkomingen of fraude uit van dekking. Bovendien blijven vennoten persoonlijk aansprakelijk wanneer de schade de verzekeringslimiet overstijgt.
Wat gebeurt er bij faillissement van een vof?
Bij faillissement van een vof worden zowel de vennootschap als alle individuele vennoten failliet verklaard, tenzij een vennoot kan aantonen dat hij voldoende persoonlijk vermogen heeft om zijn schuldeisers te voldoen. De curator neemt alle beslissingsbevoegdheid over en verdeelt het beschikbare vermogen onder schuldeisers.
De rechtbank verklaart op verzoek van een schuldeiser of de vennoten zelf de vof failliet. Daarbij benoemt de rechter een curator die het faillissement afwikkelt. Deze curator krijgt alle bevoegdheden over het vermogen van zowel de vof als de individuele vennoten. Hij inventariseert alle activa, verkoopt deze en verdeelt de opbrengst volgens de wettelijke voorrangsregels.
Preferente schuldeisers zoals de Belastingdienst en het UWV worden eerst betaald. Daarna volgen de concurrente schuldeisers naar rato van hun vordering. In de praktijk ontvangen concurrente schuldeisers vaak slechts 10-25% van hun oorspronkelijke vordering. De resterende schulden blijven bestaan en blijven de vennoten achtervolgen, tenzij zij gebruik maken van de Wet schuldsanering natuurlijke personen.
Vennoten kunnen dit scenario proberen te voorkomen door tijdig surseance van betaling aan te vragen. Dit biedt een tijdelijk betalingsuitstel van maximaal anderhalf jaar. Echter, in 85% van de gevallen eindigt surseance alsnog in faillissement wanneer het bedrijf niet kan worden gereorganiseerd.
De Wet homologatie onderhands akkoord (WHOA) biedt sinds 2021 een alternatief. Hiermee kunnen vennoten met schuldeisers een reorganisatieplan overeenkomen dat door de rechter wordt bekrachtigd, zelfs wanneer niet alle schuldeisers instemmen. Deze procedure vereist wel dat er reële perspectieven zijn op bedrijfscontinuïteit.
Neem contact op met ons advocatenkantoor in Amsterdam voor persoonlijk juridisch advies over uw specifieke situatie als vof-vennoot. Wij adviseren over risicobeheersing, contractenrecht en faillissementsvermijding.
Hoe verschilt de aansprakelijkheid van een vof met andere rechtsvormen?
Een vennootschap onder firma kent onbeperkte persoonlijke aansprakelijkheid voor alle vennoten, terwijl een besloten vennootschap de aansprakelijkheid beperkt tot het vermogen van de rechtspersoon. Dit fundamentele verschil bepaalt grotendeels welke rechtsvorm ondernemers kiezen.
Bij een eenmanszaak is de ondernemer eveneens 100% persoonlijk aansprakelijk, vergelijkbaar met de vof-situatie. Het verschil ligt in het aantal betrokken personen: een eenmanszaak kent slechts één ondernemer, terwijl een vof minimaal twee vennoten vereist. Beide rechtsvormen missen rechtspersoonlijkheid, waardoor geen scheiding bestaat tussen privé en zakelijk vermogen.
Een besloten vennootschap daarentegen is wel een rechtspersoon. Aandeelhouders riskeren uitsluitend hun inbreng in de BV. Schuldeisers kunnen zich niet verhalen op privévermogen van aandeelhouders. Deze bescherming verklaart waarom 60% van de samenwerkingsverbanden kiest voor een BV-structuur, ondanks hogere oprichtingskosten vanaf € 1.000 en strengere administratieve verplichtingen.
Bestuurders van een BV kunnen echter wel persoonlijk aansprakelijk worden gesteld bij wanbestuur. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer een bestuurder wist of redelijkerwijs had moeten weten dat de BV haar verplichtingen niet kon nakomen en desondanks nieuwe schulden liet ontstaan. Deze bestuurdersaansprakelijkheid blijft echter beperkt tot schulden die ontstaan tijdens de onbehoorlijke taakvervulling.
Een commanditaire vennootschap combineert beide systemen. De beherend vennoot is volledig hoofdelijk aansprakelijk, terwijl commanditaire vennoten slechts hun inbreng riskeren. Deze rechtsvorm wordt daarom vaak gebruikt voor investeringsconstructies waarbij actieve en passieve partners samenwerken.
Welke stappen moet u nemen om risico’s te beperken?
Vennoten kunnen hun aansprakelijkheidsrisico’s beperken door zorgvuldige contractuele afspraken, adequate verzekeringen, strikte scheiding van privé en zakelijk, en regelmatige financiële monitoring. Volledige bescherming is echter onmogelijk binnen de vof-structuur.
Ten eerste vereist een gedegen vennootschapsovereenkomst die regelt welke vennoten bevoegd zijn tot vertegenwoordiging. Inschrijving van deze tekenbevoegdheid in het Handelsregister voorkomt dat onbevoegde handelingen de vennootschap binden. Daarbij moet de overeenkomst duidelijke afspraken bevatten over interne vrijwaring en regresverplichtingen.
Ten tweede zijn professionele algemene voorwaarden essentieel. Deze moeten aansprakelijkheid beperken tot verzekerde bedragen, maximumbedragen instellen en uitsluitingen bevatten voor gevolgschade. Bij dienstverlening aan consumenten gelden echter wettelijke beperkingen aan deze clausules.
Ten derde moet elke vennoot huwelijkse voorwaarden overwegen. Deze moeten notarieel worden vastgelegd en ingeschreven in het Huwelijksgoederenregister. Tevens moet de niet-ondernemer partner voldoende eigen inkomen hebben om hypotheekverplichtingen te voldoen, omdat banken anders alsnog beslag kunnen leggen op de echtelijke woning.
Ten vierde vereist de situatie adequate verzekeringsdekking. Een beroepsaansprakelijkheidsverzekering dekt schade vanaf € 2,5 miljoen per gebeurtenis. Rechtsbijstandverzekering biedt juridische ondersteuning bij geschillen. Bedrijfsschade-verzekering beschermt tegen calamiteiten zoals brand of diefstal.
Ten vijfde moet u maandelijks de financiële positie monitoren. Signalen zoals dalende liquiditeit, toenemende debiteuren of stijgende crediteuren vereisen onmiddellijke actie. Bij betalingsproblemen moet u direct contact opnemen met schuldeisers om betalingsregelingen te treffen, voordat deze juridische stappen ondernemen.





